HomeNieuws & eventsCorporate mededelingenUniversiteiten brengen zelf internationalisering verder in balans

Universiteiten brengen zelf internationalisering verder in balans Nieuwe maatregelen in plaats van verplichte Toets Anderstalig Onderwijs

Nederlandse universiteiten nemen zelf maatregelen om de internationalisering in het hoger onderwijs meer in balans te brengen. Zij gaan gerichter sturen op de instroom van internationale studenten en willen de Nederlandse taal een stevigere rol geven in opleidingen. Ook stellen zij een numerus fixus in voor de Engelstalige variant van bepaalde opleidingen. Hierbij houden universiteiten ruimte voor opleidingen in tekortsectoren om te groeien. Met deze eigen maatregelen bieden de universiteiten een werkbaar alternatief voor de onwerkbare Toets Anderstalig Onderwijs (TAO) uit het huidige wetsvoorstel internationalisering in balans (WIB). Een voorwaarde voor deze maatregelen is dat de TAO niet gaat gelden voor bestaande opleidingen.

Caspar van den Berg, voorzitter van Universiteiten van Nederland (UNL): “We nemen onze eigen verantwoordelijkheid door het Nederlandstalige onderwijsaanbod te vergroten en gericht de instroom van internationale bachelorstudenten bij een aantal grote internationale opleidingen te beperken. Daarmee creëren we ruimte voor groei in die opleidingen waar er grote arbeidsmarkttekorten zijn. Ook houden we hiermee rekening met de krimp- en grensregio’s.” Een belangrijke voorwaarde voor deze maatregelen van universiteiten is dat de politiek de verplichte TAO op bestaand aanbod uit de wet schrapt, en de toets dus niet op bestaande opleidingen van toepassing is, en slechts voor nieuwe opleidingen gaat gelden. De TAO dreigt namelijk veel te rigoureus in te grijpen in het opleidingsaanbod waardoor de meerwaarde van internationalisering verdwijnt voor het onderwijs, de wetenschap en de arbeidsmarkt. Bovendien zorgt de aankondiging van de TAO voor veel onzekerheid onder (toekomstige) medewerkers en studenten, waardoor Nederland nu al internationaal talent misloopt dat we hard nodig hebben.

Verdergaande maatregelen

De gepresenteerde maatregelen gaan verder dan het pakket dat de universiteiten in februari 2024 al presenteerden. Zij spelen hiermee in op de veranderde politieke en financiële realiteit. De maatregelen leiden ertoe dat de internationalisering op universiteiten beter in balans wordt gebracht en er vanaf volgend jaar ongeveer 2000 minder internationale bachelorstudenten instromen ten opzichte van het ‘piekjaar’ 2022/2023. Dat collegejaar stroomden er in totaal bijna 19.000 internationale bachelorstudenten in.

Psychologie in de Randstad in het Nederlands

Een groot deel van de psychologieopleidingen wordt Nederlandstalig, waaronder alle psychologieopleidingen in de Randstad. In de krimp- en grensregio’s blijft Psychologie tweetalig, passend bij de positie van die regio's en in lijn met de wensen van een meerderheid in de Tweede Kamer. Daarnaast zullen bij diverse bacheloropleidingen Economie en Bedrijfskunde een maximumcapaciteit (numerus fixus) worden ingesteld op de Engelstalige trajecten van de opleidingen en worden sommige opleidingen ook Nederlandstalig. De al bestaande fixus op Psychologie blijft bestaan. Universiteiten maken onderling afspraken over de hoogte van de fixi bij zowel Psychologie als Economie, zodat gericht gestuurd wordt op de instroom en capaciteitsproblemen door ongewenste ‘waterbedeffecten’ zo veel mogelijk worden voorkomen. De Nederlandstalige opleidingsvarianten blijven zoveel mogelijk vrij toegankelijk. Dit zorgt ervoor dat de internationale instroom beheersbaar is en dat tegelijkertijd de toegankelijkheid voor Nederlandstalige studenten zo veel mogelijk gewaarborgd is.

Beter Nederlands

Voor internationale docenten die in het Nederlands onderwijs verzorgen, gold al het uitgangspunt dat zij goed Nederlands moeten spreken. Universiteiten gaan nu meer doen om de Nederlandse taalvaardigheid van studenten en medewerkers te verbeteren. Universiteiten bieden hiervoor cursussen aan, zodat medewerkers een minimumniveau kunnen behalen. Ook krijgen studenten modules aangeboden om hun Nederlands te verbeteren. De verbetering van de Nederlandse taalbeheersing moet er ook voor zorgen dat meer internationale studenten na het afstuderen in Nederland blijven wonen en werken.

Hogere blijfkans

De arbeidsmarkt staat in veel sectoren te springen om afgestudeerd talent. Het aandeel internationale studenten dat na afstuderen in Nederland blijft, groeit, maar is op dit moment nog te laag. Daarom gaan universiteiten hun studenten helpen zich beter te oriënteren op de Nederlandse arbeidsmarkt en hen in contact brengen met potentiële werkgevers. Universiteiten kunnen dit niet alleen. Veel hangt bijvoorbeeld ook af van de huizenmarkt en arbeidsvoorwaarden.

Oproep aan politiek: wijzig de WIB en schrap de taaltoets

Universiteiten roepen de politiek op om hen de ruimte te geven voor deze maatregelen. Deze kunnen alleen doorgevoerd worden als de verplichte toets anderstalig onderwijs voor het bestaande opleidingsaanbod verdwijnt uit de WIB. Van den Berg: “De toets anderstalig onderwijs is veel te rigoureus en legt een zware administratieve last op universiteiten, zonder dat dit bijdraagt aan de kwaliteit of toegankelijkheid van het onderwijs. Universiteiten kunnen deze uitdaging zelf sneller, beter en gerichter aanpakken. Wij houden daarbij ook rekening met de veranderende arbeidsmarkt en geopolitieke spanningen, in de criteria van de TAO zit daarvoor onvoldoende flexibiliteit."

Lees hier het volledige maatregelenpakket op de website van Universiteiten van Nederland.

L.P.W. van der Velde MSc (Laurens)
Woordvoerder College van Bestuur (CvB)