De ambtenaar student
In de beginjaren hebben veel uit de regio afkomstige medewerkers van de Technische Hogeschool Twente (THT) een technische HBO opleiding. De ingenieurs met een opleiding van Delft of Eindhoven komen meestal niet uit Twente. Wel zijn veel technische medewerkers slim genoeg om een universitaire studie te volgen. En omdat de THT in die tijd nog te weinig studenten heeft wordt hen mogelijkheden en faciliteiten geboden om een ingenieurs studie naast hun baan bij de THT te doen. Ze krijgen zelfs een speciale positie die ambtenaar student wordt genoemd. Een geweldige hulp daarbij is de heer Wyfker, studentedecaan. Hij motiveert en lost praktische problemen op. Natuurlijk moet de gekozen studierichting in het verlengde liggen van de vooropleiding en de functie bij de THT. Door hun praktische instelling hebben de afgestudeerde ambtenaar studenten aanzienlijk bijgedragen aan het ingenieurs karakter van de THT.
Ik kan dat illustreren aan mijn eigen ontwikkeling. Ik word in januari 1971 als HBO’er Computer en Communicatietechniek aangesteld bij de leerstoel Bioinformatica van de afdeling Elektrotechniek (EL). Al in mei ga ik met collega Wim Meerman van de leerstoel Regeltechniek op cursus in München om daar ingewijd te worden in het operating systeem RT11 van de aan te schaffen PDP 11 computers. In München overtuigt Wim mij om in september samen met hem te beginnen aan de opleiding EL. Zelf heb ik in die paar maanden bij EL de indruk gekregen de studie wel aan te kunnen, maar zie op tegen de combinatie met een voltijds baan en een gezin. We zijn echter niet de enigen. Er is zelfs een speciaal klasje gevormd met zo’n 20 studenten uit verschillende afdelingen. Dat kan dan omdat het eerste jaar een Algemene Propedeuse betreft die voor alle studierichtingen gelijk is. Er vallen al snel studenten af maar door slim combineren van werk en studie en afzien van andere hobby’s of vrije tijdsbesteding hebben Wim en ik de ir-studie EL binnen zeven jaar met succes afgerond. Tussendoor zijn we nog Baccalaureus Technische Wetenschappen (BTW) geworden, een THT voorloper van het huidige Bachelor. Voor ons geen campusfeesten, maar wel een prima relatie met de collega’s die zo kenmerkend is voor de pioniersfase van de THT. Met het halen van de ir-titel is de bevordering van de technische rangen naar de wetenschappelijke niet vanzelfsprekend. Ik heb geluk door de komst van een nieuwe hoogleraar die graag eigen onderzoek wil ontwikkelen. Het is de tijd van de universitaire democratisering en de macht van een hoogleraar over zijn staf is beperkt. Ik heb als doctoraal opdracht een computergestuurde opstelling voor onderzoek aan geïsoleerde konijnenharten voor hem ontwikkeld. Daarmee heb ik mijn bevordering veilig gesteld.
Jan van Alsté met studenten en collega's op het Elektrostimulatie congres in Wenen (1986)
Door de combinatie van de praktische instelling van een technische opleiding met de wetenschappelijke aanpak van de TH studie hebben afgestudeerde ambtenaar studenten een innovatieve bijdrage aan onderzoek en onderwijs kunnen leveren. Daarbij is het ook van belang dat veel hoogleraren van het eerste uur uit het bedrijfsleven afkomstig zijn en niet gepromoveerd. Het accent van het onderzoek ligt op ontwerp en bruikbaarheid en minder op publicaties. Als de THT een technische universiteit wordt komt het accent veel meer op publiceren en promoveren te liggen. Zelf ben ik gepromoveerd in 1984 op een biomedisch onderwerp waarvoor ik nieuwe apparatuur en algoritmen heb ontworpen. Ik ben tot mijn pensionering in 2011 bij de UT gebleven in verschillende wetenschappelijke en directie functies. Zoals bij het Coördinatie Centrum voor Biomedische Technologie, de Liaison Group, het Onderzoekinstituut BMTI, de Onderzoekschool IBME en de ir-opleiding Biomedische Technologie.
Deze herinnering is ingezonden door Jan van Alsté.