De Universiteit Twente zet zich in om de biodiversiteit en de kwaliteit van haar groene omgeving te behouden. Een bijzonder voorbeeld hiervan is het pinetum, dat opvalt door de prachtige en diverse verzameling coniferen van over de hele wereld.
Het pinetum herbergt soorten uit Noord-Amerika, Europa en Azië—de belangrijkste verspreidingsgebieden van coniferen. Deze bomen en struiken, meestal bekend om hun kegels, hebben een tweede kenmerkende eigenschap: met enkele uitzonderingen blijven coniferen het hele jaar door groen.
Bij het ontwerp van het pinetum is veel aandacht besteed aan het samenstellen van een gevarieerde collectie soorten. Sommige soorten zijn in grotere groepen aangeplant, terwijl andere, vanwege hun unieke esthetische kwaliteiten, een prominente plek hebben gekregen om hun bijzondere kenmerken te benadrukken.
Omdat coniferen over het algemeen langzaam groeien en in het begin alleen in kleinere formaten beschikbaar zijn, is een systeem van tijdelijke en permanente beplanting toegepast. De permanente aanplant is zo gerangschikt dat deze vrij kan groeien zonder te snoeien, zodat de bomen uitgroeien tot volgroeide exemplaren. De tijdelijke beplanting wordt geleidelijk verwijderd naarmate de permanente bomen meer ruimte nodig hebben.
De basis voor het pinetum 'De Horstlanden' werd in 1969 gelegd. Dit project werd gestart door de ‘Boomkwekersstudieclub Twente’ en kon doorgezet worden dankzij een genereuze bijdrage van de Universiteit Twente, die een perceel van 4,5 hectare beschikbaar stelde. Het landschapsontwerp werd uitgevoerd door de afdeling Recreatie en Landschapsarchitectuur van Grontmij De Bilt, onder advies van de heer W.J.M. Janssen, conservator van de Landbouwuniversiteit Wageningen.
In de afgelopen 55 jaar is het pinetum uitgegroeid tot een charmant en sereen landschap. Het biedt bezoekers, zowel toevallige wandelaars als liefhebbers van coniferen, een rustgevende omgeving waarin de diversiteit van de coniferen bewonderd kan worden. De Universiteit Twente spant zich in om de historische waarde van dit pinetum en andere landschapselementen op de campus te behouden, zodat toekomstige generaties ook van dit levend erfgoed kunnen genieten.