UTMedezeggenschap @ UTPersoonlijke ervaringen

Persoonlijke ervaringen

Johanneke ten Broeke, oud-lid opleidingscommissie Technische Geneeskunde

Ik wilde de stem van de student zijn

Johanneke ten Broeke, oud-lid opleidingscommissie Technische Geneeskunde
  • Lees meer over Johanneke

    Johanneke ten Broeke (23) is een masterstudent Technische Geneeskunde en maakte van 2017-2020 deel uit in de opleidingscommissie van haar studie.

    ‘De UT is continue bezig met de verbetering van haar onderwijs. En wie weet er nu beter wat daarvoor nodig is dan de student zelf? Ik vind dat je met een medezeggenschapsrol veel bijdraagt aan je opleiding of faculteit. Je waarborgt zelf de kwaliteit van het onderwijs. En de opleiding die je volgt wordt nog leuker als je weet welke ideeën erachter zitten.’

    JE MENING GEVEN MAAKT EEN VERSCHIL

    ‘Als student kijk je vanuit een heel andere invalshoek naar de universiteit dan de beleidsmakers. Juist daarom is het belangrijk dat studenten meedenken. Jij ervaart dagelijks wat wel en niet werkt. In medezeggenschap kun je aankaarten wat mooi bedacht is, maar in de praktijk geen succes is. Studenten die de stem willen zijn van andere studenten zijn onmisbaar. Daar lag ook mijn motivatie. Ik vertegenwoordigde een groep mensen, dus ik wilde doen wat ik kon met mijn stem en mijn invloed.

    Gelukkig is er binnen de UT veel ruimte voor meningen en initiatieven van studenten. Zo heb je als opleidingscommissie instemmingsrecht. Dus sommige plannen komen er gewoon niet door, als wij het er niet mee eens zijn. En als een onderwerp leeft onder de studenten, kunnen wij zorgen dat daar meer aandacht voor is. Zo ging er vanuit de UT een bus naar de klimaatmars in Amsterdam, omdat duurzaamheid onder studenten een prioriteit is. Telkens zag ik dat de keuze om van ons te laten horen echt een verschil maakt!’

    BELEIDSSTUKKEN WERDEN STEEDS INTERESSANTER

    ‘In het begin was een beleidsstuk lezen al een nieuwe ervaring op zich. Met de tijd leerde ik veel over beleidsvoering en hoe een organisatie in elkaar zit. Zo ontdekte ik, door die beleidsdocumenten, wat er allemaal voor een opleiding geregeld wordt. En het leuke in zo’n commissie is dat je – naast de vaste onderwerpen – zelf thema’s kiest die je belangrijk vindt. Wat je interesseert, pak je op. Daarover ga je met studenten in gesprek, je neemt initiatief. En dan zijn zelfs de beleidsstukken boeiend om te lezen.’

    NIET TWIJFELEN, MAAR DOEN!

    ‘Tegen studenten die over een medezeggenschapsrol nadenken zeg ik: ‘Niet twijfelen, maar doen!’ Het universiteitsbeleid kan een ver-van-je-bed-show lijken, maar hoe jij het onderwijs ervaart is belangrijk. Je bent zelf onderdeel van het onderwijssysteem en daarom heb je waardevolle input. Wil je meedenken en invloed hebben? In een paar uur per week? Dan is een opleidingscommissie een goede plek om daar iets mee te doen.’

Muhammad Hamza Riaz, lid Universiteitsaad 2019-2020

Ik zou het zonder twijfel weer doen

Muhammad Hamza Riaz, lid Universiteitsaad 2019-2020
  • Lees meer over Muhammad

    Hamza (22) kwam in 2017 vanuit Pakistan naar de UT. In het jaar waarin hij lid werd van de Universiteitsraad rondde hij ook zijn bachelor Mechanical Engineering af. Momenteel werkt hij in Groningen. Hamza weet één ding zeker: ‘Als ik een master ga doen, stel ik me weer verkiesbaar!’

    ‘Het jaar dat ik in de URaad zat, zou ik naar Finland gaan voor een minor. Alles was al geregeld, dus ik was niet van plan om me verkiesbaar te stellen. Tot UReka – een partij in de URaad - vroeg naar mijn ideeën over internationalisering. Vlak daarvoor won ik de More than a Degree Internationalization Award; internationalisering binnen de UT hield me echt bezig. Door dat gesprek werd de URaad echt een verantwoordelijkheid die ik wilde oppakken.

    Ik zag hoe internationale studenten worstelden met een hoge studielast, depressie en gevolgen van de 0-15 EC regel. Finland heb ik ingeruild voor de URaad en de kans om de stem te zijn van internationale studenten. Op een positie waarmee ik echt iets kon veranderen aan het beleid. Die 0-15 EC regel is bijvoorbeeld in ‘mijn’ jaar veranderd. Daar ben ik trots op!’

    TOF OM ALS STUDENT BETROKKEN TE ZIJN BIJ HET HELE UNIVERSITEITSBELEID

    ‘Als lid van de URaad adviseer je het College van Bestuur over het beleid voor de hele universiteit. Van beide kanten is er respect. Tegelijk mag je echt kritisch zijn en argumenten of zorgen delen vanuit het standpunt van studenten. En je kunt zelf proactief ideeën voordragen. Zo heeft mijn fractie voorgesteld om een keuzevak over de Nederlandse cultuur te introduceren. Dat initiatief is nu bijna in de pilot-fase.’

    DAT JE IN ÉÉN JAAR ZOVEEL KUNT LEREN

    ‘Door de Universiteitsraad heb ik onder meer geleerd dat situaties altijd twee kanten hebben. Het gebrek aan beschikbare studentenkamers, bijvoorbeeld, zag ik voorheen uitsluitend vanuit studentenperspectief. Tot ik ontdekte hoe hard de huisvestingsafdeling werkt om dat te verbeteren. Mijn respect voor hen veranderde mijn perceptie. Het probleem werd breder dan alleen studenten zonder kamer.

    Tegelijkertijd leerde ik de Nederlandse cultuur beter kennen. Zoals het informele contact dat hier zo gewoon is. Op mijn eerste vergadering met het College van Bestuur verscheen ik formeel gekleed, netjes in pak. Binnen het jaar maakte ik de switch naar informele online meetings, die ik bijwoonde terwijl ik net uit bed kwam. Ook het zoeken naar compromissen is typisch Nederlands. Mensen zeggen duidelijk wat ze vinden, zelfs als ze het niet met elkaar eens zijn. En toch zoeken ze daarna altijd een compromis. Na een jaar lang zo overleggen, is het gewoon een deel van mijn persoonlijkheid geworden. Daar heb ik nu in mijn werk als mechanical engineer profijt van.’

    NEEM JE VERANTWOORDELIJKHEID

    ‘Als je de URaad overweegt moet je het zien als een verantwoordelijkheid. Je krijgt de kans en een platform om iets te veranderen binnen de UT. Het is niet alleen een goede ervaring om te leren hoe een universiteit werkt. Je hebt ook de mooie verantwoordelijkheid om proactief de beloften van je partij waar te maken. Ik zou het in ieder geval zo weer doen!’

Een gesprek over medezeggenschap

Elke dienst binnen de UT heeft een eigen dienstraad, deze bestaat uit medewerkers. Een dienstraad heeft de rol van medezeggenschapsorgaan en heeft inspraak in wat er binnen de dienst gebeurt. Hieronder een gesprek met Jan-Laurens Lasonder, directeur LISA, en Gerhard Kleinsman, voorzitter dienstraad over medezeggenschap.

Jan-Laurens Lasonder en Gerhard Kleinsman

De dienstraad is een platform – geen klaagmuur – waar medewerkers terecht kunnen als ze ergens tegen aanlopen. En waarmee we de hele dienst een stap verder willen brengen.

Jan-Laurens Lasonder en Gerhard Kleinsman
  • Lees het volledige gesprek met Jan-Laurens en Gerhard Kleinsman.

    WAT IS DE MEERWAARDE VAN MEDEZEGGENSCHAP?

    Jan-Laurens: ‘Als leidinggevende van 160 mensen kan ik niet altijd weten wat er in de organisatie speelt. Als ‘baas’ krijg je nou eenmaal niet alles te horen. Daarom zie ik de dienstraad als extra zintuig. Zij kunnen meer informatie uit de organisatie ophalen dan ik in m’n eentje. Wat leeft er in het hele team? Want dat vind ik interessant en belangrijk om te weten.’

    Gerhard: ‘Ik zie de dienstraad als de stem van de LISA-medewerkers richting Jan-Laurens. De dienstraad is een platform – geen klaagmuur – waar medewerkers terecht kunnen als ze ergens tegen aanlopen. En waarmee we de hele dienst een stap verder willen brengen.’

    HOE ZORG JE – ALS DIENSTRAAD – DAT JE WEET WAT ER SPEELT?

    Gerhard: ‘Wij gaan regelmatig – virtueel – langs bij de verschillende teams, zodat medewerkers weten dat we er zijn. We zijn er niet alleen om problemen op te lossen. Ik vind het belangrijk dat we ook verbinding leggen tussen de verschillende groepen en openstaan voor suggesties. Dat vergroot de betrokkenheid van medewerkers bij LISA. Gelukkig hebben we in Jan-Laurens een transparante directeur, die ook graag onze mening wil weten.’

    WAT LEVERT DE DIENSTRAAD JOU ALS LISA-DIRECTEUR OP?

    Jan-Laurens: ‘Voor mij is een van de doelen van de dienstraad dat ze openingen creëert voor waardevolle gesprekken. Met respect voor elkaar vragen stellen en uitleg geven. Zo kunnen we samen in vertrouwen en overleg aan onze mooie universiteit werken. Ik hoop van harte dat meer mensen daaraan willen bijdragen.’

    Je kunt medezeggenschap zien als een formeel, verplicht onderdeel van de organisatie. Maar voor mij is het veel meer. Ik zie de dienstraad als een waardevolle bron van informatie; een klankbord. Denk bijvoorbeeld aan het oplaten van proefballonnetjes. Via de raad hoor ik hoe een idee overkomt op collega’s. Soms zijn beslissingen voor mij en het MT logisch, maar voor medewerkers niet. Dan horen we dat terug via de dienstraad, zoeken we waar de bezwaren of weerstanden vandaan komen, en geven we extra toelichting. Af en toe zijn de vragen hardnekkiger dan verwacht. Juist dan is het voor mij als leidinggevende belangrijk om iets met de signalen te doen.

    IS EEN MEDEZEGGENSCHAPSFUNCTIE EEN AANRADER?

    Gerhard: ‘Het zou voor iedere medewerker goed zijn om een tijd mee te draaien in de medezeggenschap. Alleen al om te ervaren dat de UT groter is dan je eigen bureau. Ik heb er een beter beeld van de hele organisatie door gekregen. Door met totaal verschillende mensen een dienstraad te vormen, hoor ik verschillende standpunten. In de dienstraad houd ik me met andere onderwerpen bezig dan normaal als archiefmedewerker, dat geeft me echt een bredere blik.’

Frederik Vos, voorzitter faculteitsraad BMS

Ik besloot mijn mening om te zetten in daden

Frederik Vos, voorzitter faculteitsraad BMS
  • Lees het hele verhaal van Frederik Vos

    Frederik Vos (33) is assistent professor in Business Administration en sinds 2020 voorzitter van de faculteitsraad van Behavioural Management and Social Sciences (BMS).

    ‘Iedereen binnen de UT heeft wel een idee over wat er beter kan. Ik ook. Dus toen een collega mij vroeg voor de faculteitsraad, besloot ik mijn meningen om te zetten in daden. Als ik nu ergens tegen aanloop, kan ik dat onderwerp op de agenda zetten. Zoals de werkdruk en duurzaamheid op de lange termijn. Ik heb de ‘macht’ om er aandacht voor te vragen en erover te praten met mensen die er wat aan kunnen doen.’

    Je vergroot je netwerk en zichtbaarheid

    ‘Een groter netwerk binnen de UT heeft voordelen. Via de faculteitsraad wordt mijn naam en werk breder bekend binnen de UT. Collega’s komen bijvoorbeeld naar me toe om samen te werken in een onderzoek. Dat zijn mooie dingen, waardoor ik veel terugkrijg voor mijn medezeggenschapsrol. Vooral als je een nieuwe medewerker bent bij de UT, is medezeggenschap een slimme stap. Je leert snel veel mensen kennen en vergroot zo je eigen zichtbaarheid. Studenten zijn er vaak sneller enthousiast voor te krijgen dan medewerkers, maar vanaf volgend jaar is er een heldere capaciteitsregeling. Dan kun je tien procent van je uren inzetten voor een MR-functie. Hopelijk moedigt dat aan.’

    Voorzitter zijn is een mooie uitdaging

    ‘Toen we als gekozen faculteitsraadsleden - studenten en medewerkers - bij elkaar zaten besloot ik dat voorzitter worden een mooie uitdaging voor mij was. Een bewuste keuze om verantwoordelijkheid te nemen, die ik passend vond bij mijn leeftijd, vaardigheden en wens om nieuwe dingen te leren. Als voorzitter probeer ik te werken aan een participatienetwerk binnen de UT, waarin medezeggenschapsorganen samenwerken, zodat we niet allemaal op een andere plek hetzelfde doen.

    Daarnaast wil ik graag nieuwe dingen leren, meer mensen ontmoeten en zien waar anderen mee bezig zijn. Wat doet een decaan zoal? Hoe loopt de IT-ondersteuning? Nu praat ik met collega’s die ik anders nooit zou spreken en werk ik actief samen met studenten. Die mix van studenten en medewerkers is waardevol. We discussiëren, zijn eerlijk over verschillen van mening, maar uiteindelijk hebben we allemaal dezelfde belangen: beter onderwijs voor studenten en geen overwerkte medewerkers.’

    ‘Shaping the university’

    ‘Afgelopen jaar spraken we in onze Faculteitsraad natuurlijk veel over corona. We vroegen bijvoorbeeld om een onderzoek binnen de faculteit naar de problemen die de pandemie veroorzaakt bij studenten en medewerkers. Naar aanleiding daarvan is het aantal beschikbare studieplekken opgehoogd en kwam er meer aandacht voor het motiveren van studenten. Nu willen we graag een vervolgonderzoek naar de vraag: ‘Waren onze oplossingen effectief?’ Dat laat zien dat medezeggenschap meer is dan gemakkelijk een mening uiten. We zijn als raad procesmatig en strategisch bezig en bespreken – met het faculteitsbestuur - de langetermijnvisie van de faculteit. Het is letterlijk ‘Shaping the university’, zoals de UT-visie het zegt. Ik kan mezelf nu nog meer identificeren met de UT en mijn werk, doordat ik het deels zelf vormgeef.’